Waarom minder focus je leven leuker maakt (volgens hersenonderzoek)

Waarom minder focus je leven leuker maakt (volgens hersenonderzoek) Waarom minder focus je leven leuker maakt (volgens hersenonderzoek) Waarom minder focus je leven leuker maakt (volgens hersenonderzoek)

Hersenonderzoeker Srini Pillay houdt een pleidooi voor ontfocussen, en geeft tips en tricks om ons (brein) te laten ontspannen. Want juist dan word je productief, vindingrijk en creatief.

Zet je brein wat vaker op pauze

Srini Pillay is arts, dichter en muzikant en wordt wel ‘de rock star van neurocoaching’ genoemd. In zijn onlangs verschenen boek ‘Minder focus, meer effect’ vergelijkt Srini focussen met het gebruik van een zaklamp: je ziet alleen wat zich in de straal van het licht afspeelt. Wat eromheen gebeurt, blijft in duisternis gehuld, hoe interessant dat misschien ook is. Dus als je alleen maar focust, mis je heel grote en belangrijke delen van jezelf. Datgene wat jou tot jou maakt – en ook datgene wat jou motiveert en productief maakt.

srini

Wanneer je ontfocust komt het brein in ruststand. Hersenonderzoek toont aan dat er tijdens deze rustmomenten extreem belangrijke processen plaatsvinden: recente herinneringen worden opgeslagen en er worden verbindingen gelegd tussen het heden en verleden (wat weer invloed heeft op je toekomstige keuzes). ‘Terwijl je uitrust en nieuwe energie verzamelt, groeit creativiteit’, aldus Srini.

Zo krijg je meer energie en minder stress

Het geheim zit ‘m volgens Srini in de afwisseling. ‘Om je brein fit en in balans te houden moet je periodes van focus en ontfocus met elkaar afwisselen. Als je dat lukt, word je productiever en inventiever, heb je meer energie en ervaar je minder stress.’ Toch leven de meesten van ons tegenwoordig zo: focus, focus, focus – totale instorting. Ze beseffen niet dat dit komt doordat ze hun gefocuste brein hebben uitgeput, aldus Pillay. De ideale volgorde is: focus, focus, ontfocus en dan weer focus, focus.

Hoe kun je effectief ontfocussen?

Door te lummelen of te mijmeren gedurende de werkdag, vertelt Srini. Of door tijd vrij te maken om een dutje te doen of zomaar wat te prutsen. ‘Hoe beter je de kunst beheerst om je brein heen en weer te laten gaan tussen opperste concentratie en geplande pauzes van gedisciplineerd dagdromen, hoe beter in vorm je brein zal zijn.’

Dagdromen kun je leren

Srini Pillay kwam erachter dat je positief en constructief dagdroomt door op een speelse manier te mijmeren over een situatie die je prettig vindt. Iets waarvan je ontspant. Dat is het startpunt van een kwartiertje vrij ronddolen in je geest. Het werkt trouwens nog beter als het doet tijdens een activiteit die weinig aandacht vraagt, zoals breien, tuinieren of wandelen.

De remedie tegen de middagdip

De meesten van ons kachelen in na de lunch, rond drieën en aan het einde van de dag. Die momenten lenen zich prima voor een potje ontfocussen. Srini tipt zelfs om ze te blokken in je agenda. Maar op den duur word je er misschien zo bedreven in dat je 75 minuten gefocust werken routinematig kunt afwisselen met tien minuten ontfocussen: weg bij de computer, telefoon uit, het liefst even naar buiten. In wachttijd kun je overigens ook perfect je gedachten laten afdwalen, mits je natuurlijk niet meteen je telefoon pakt. Zie je brein als een hond, zegt Srini, die je niet altijd strak aangelijnd kunt houden. Je moet ‘m ook laten rennen, de boel een beetje laten verkennen.

Volgend artikel
Creatief denken en leven: een frisse blik
Creatief denken en leven: een frisse blik