We zijn allemaal anders, en dat is onze kracht

We zijn allemaal anders, en dat is onze kracht We zijn allemaal anders, en dat is onze kracht We zijn allemaal anders, en dat is onze kracht

Pauline zit met haar zoontje op een bankje op het Spui in Amsterdam, als ze allebei dezelfde gedachte krijgen. Al die mensen die voorbij lopen hebben allemaal hun eigen verhalen en zijn in hun hart anders. Een cliché, misschien, maar ook een wonder.

We zitten op een bankje op het Spui, het is druk. Ik heb cappuccino besteld in een kartonnen beker, Gael (mijn zoon van vier) heeft een flesje water en chocolaatjes. We zitten om even uit te rusten van onze fietstocht door de stad, in de eerste zonnestralen van het jaar die warm aanvoelen. Het is druk. Mensen lopen langs, fietsen over de stoep, de tram tringelt ze weg. Er zijn mensen die er duidelijk uitzien als toeristen en mensen van wie dat moeilijker te bepalen is. De jongen met baard die bij de boekwinkel werkt, rookt onrustig een sigaret op de stoep alsof hij snel weer naar binnen moet. Naast ons op het bankje zitten jonge meisjes met veel make-up jongemeisjesgesprekken te voeren. Er komt een oudere vrouw bij ons zitten, ze is slecht ter been. Haar kleding is opvallend, ze draagt roze met paars en groen. Een hoedje op, stok in de hand. Ze zegt iets tegen Gael, haar accent klinkt Frans. Ze woont nu al lang in Nederland, vertelt ze, maar ze komt inderdaad uit Frankrijk. ‘Mijn lichaam kost moeite,’ zegt ze en ik begrijp dat ze zoiets bedoelt als dat ze gezondheidsklachten heeft.

Ik bekijk de mensen en ik heb geen zin om me af te vragen wat ze allemaal daarnet deden, of wat ze vanavond gaan doen, want het zouden te veel verhalen zijn om op te noemen. Maar als je erover nadenkt is het natuurlijk waanzinnig: dat al deze mensen verhalen leven, andere verhalen, minstens even interessant als het onze. En allemaal totaal anders. En dat deze mensen hier puur toevallig samenkomen op dit plein, al is het maar een fractie van hun leven.

Gael leunt tegen de fiets aan. Hij is al een tijdje stil om zich heen aan het kijken, de zon schijnt op zijn bleke wintergezichtje. En dan zegt hij precies hardop wat ik me ook afvraag: ‘Mama, zijn álle mensen anders?’
Het is alsof hij mijn gedachten kan lezen. En we hebben het erover hoe grappig het is dat alle mensen anders zijn. ‘Soms hebben ze dezelfde kleur ogen,’ zeg ik. ‘Soms hebben ze dezelfde jas aan!’ voegt Gael toe. Maar van binnen, in hun hart, zijn ze allemaal anders.

We komen tot dezelfde conclusie, deze middag. Wat moeilijk voor te stellen, en wat een cliché misschien, maar ook: wat een wonder is het, eigenlijk. Dat alle mensen op dit plein, zo anders zijn.

Over auteur
Kinderen verrijken je leven, maar zorgen tegelijkertijd voor enorme puinhopen in huis en hoofd. Ervaringsdeskundige Pauline Bijster (vier kinderen in de leeftijd van 11, 9, 4 en 2) vertelt hoe zij het aanpakt.
Volgend artikel
Het leven gaat vanzelf, en dat is mooi en eng tegelijk
Het leven gaat vanzelf, en dat is mooi en eng tegelijk