Energie bewaken en grenzen stellen naar anderen: zo doe je dat

Energie bewaken en grenzen stellen naar anderen: zo doe je dat Energie bewaken en grenzen stellen naar anderen: zo doe je dat Energie bewaken en grenzen stellen naar anderen: zo doe je dat

Moeilijke mensen: energieslurpers, grensoverschrijders, mensen die altijd alles en iedereen afkraken – er zíjn manieren om met ze om te gaan. 

In ‘Hoe overleef ik moeilijke mensen’ beschrijft psychotherapeut Jörg Berger zeven typen moeilijke mensen, van grensoverschrijders en praatjesmakers tot wraakzuchtige mensen en vermijders. Hij geeft talloze voorbeelden én tips over hoe je met ze om kunt gaan.

Wat doe je met, om maar ’s wat te noemen, grensoverschrijders, energieverslinders of die mensen die altijd alles en iedereen lopen af te kraken?

Dit:

Energieverslinders

Hoe je ze herkent: Energieverslinders zijn eigenlijk kind gebleven. Ze hebben hulp nodig bij ongeveer alles in het leven. Ze stellen zich hulpeloos op, willen overal advies bij, en je kunt ze eigenlijk niet zomaar alleen laten op bijvoorbeeld een feestje, want dat vinden ze allemaal heel moeilijk. Een beetje het ‘Heel zwaar leven’-type dat Brigitte Kaandorp zo mooi beschrijft in het gelijknamige lied. Het voelt alsof je ze bij alles bij de hand moet nemen. Doodvermoeiend!

Wat kun je doen? Spreek ze aan op hun volwassen kant: luister vriendelijk naar de problemen, geef een helder advies en ga dan over op een ander onderwerp. Energieverslinders zijn vaak verongelijkt als ze niet van je krijgen wat ze willen (onbeperkte aandacht, hulp, begeleiding, troost, een luisterend oor, nou ja, eigenlijk álles). Tja, dat is dan maar zo. Het goede nieuws is: als je energieverslinders minder aandacht geeft, zijn ze al snel niet meer in je geïnteresseerd. Geef duidelijk aan wat je wel en niet kunt doen: ‘Ik kan nu even een luisterend oor bieden, maar straks ga ik even bijpraten met Oom Jan.’

Grensoverschrijders

Hoe je ze herkent: Grensoverschrijders bedoelen het goed, maar ze houden geen maat en werken daardoor enorm op je zenuwen. Ze kopen kleren voor je die niet jouw smaak zijn, als je ze vraagt de planten water te geven maken ze je huis schoon en zetten alles wat gezelliger neer, en ze bellen op met de mededeling dat ze de hele kerst blijven logeren, ‘om je te helpen’. ’Dat hoeft niet!’ zeg je nog. Maar helaas. Ze horen je niet. En als je vasthoudt aan je ‘nee’, zijn ze verschrikkelijk beledigd. Of gekrenkt. Of boos. Of alles tegelijk.

Wat je kunt doen: Blijf ‘nee zeggen’. Met tact, maar zo min mogelijk ruimte voor onderhandeling. Een nee komt minder hard aan als je bedenktijd vraagt (‘Mag ik hier even over nadenken en je maandag terugbellen?’). Biedt niet je verontschuldigingen aan, maar eventueel wel een alternatief: ‘Ik kies mijn kleren het liefst zelf uit, maar ik zou het fijn vinden als ik je advies kan vragen bij het koken van het kerstdiner.’ Of: ‘De hele kerst logeren gaat niet, maar als je wilt helpen, kun je misschien een lekker toetje meenemen.’ En als niks helpt, dreigen met sancties. ‘Ik waardeer het dat je wilt helpen, maar ik vind het vervelend als je zo aan blijft dringen, waardoor ik het niet meer leuk vind om kerst samen te vieren – dat kan toch niet de bedoeling zijn?’

Negatieve mensen

Hoe je ze herkent: Hún smaak, hún voorkeuren, hún ideeën zijn de meetlat waarlangs ze andere mensen leggen. Er is maar één standpunt juist, namelijk dat van hen. Ze zijn een meester in onderhuidse kritiek (‘Leuk huis… Zou best wat van te maken zijn.’) Ze praten negatief en neerbuigend en hebben geen idéé wat ze met hun tactloze opmerkingen aanrichten. Als je er wat van zegt proberen ze je belachelijk te maken (‘Oh, ik wist niet dat je zo overgevoelig was’).

Wat te doen? De opmerkingen van negatieve mensen zijn net giftige pijlen: je wilt ze afweren voordat ze je hart raken. Dat kan op verschillende manieren. Door lichaamstaal: schud nee, of maak een afwerend gebaar met je handen om een denkbeeldige barrière op te werpen. Tweelettergrepige woorden helpen ook: ‘Aha’ of ‘Zo zo’. Beledigende woorden kun je terugsturen ‘Wat bedoel je precies met ‘best wat van te maken’?’ Benadruk dat er meerdere standpunten zijn. ‘Mensen verschillen nu eenmaal van elkaar’. Of gooi er een random spreekwoord tegenaan, om ze in verwarring te brengen, en verander van onderwerp. ‘Tja, Pasen en Pinksteren vallen niet vaak op één dag. Kun jij misschien met de bitterballen rondgaan?’

Etiketten of niet?

Natuurlijk, met etiketten moet je uitkijken. Mensen zijn altijd veel interessanter, veelzijdiger en ingewikkelder dan met een eenvoudige betiteling als ‘grensoverschrijder’ valt uit te drukken (Berger behandelt overigens ook ‘praatjesmakers, ‘dominante mensen’ en ‘wraakzuchtige mensen’, in totaal onderscheidt hij zeven typen ‘moeilijke mensen’).

Aan de andere kant: een aantal voorbeelden die Berger noemt vond ik heel herkenbaar, en het is prettig om wat tips te krijgen, zeker als je (zoals ik) hebt gemerkt dat de manier waarop je normaal op moeilijke mensen reageert de zaak niet vooruit helpt.

Mijn strategie is namelijk dat ik moeilijke mensen het liefste omzeil. Dat ontdekte ik eigenlijk bij het lezen van het hoofdstuk ‘Vermijders’. Want vermijders gaan, je raadt het, alles wat lastig is het liefst uit de weg.

Het moment dat je denkt: ’Mijn hemel, ik ben zélf een heel moeilijk mens!’

Ter geruststelling schrijft Berger dat écht moeilijke mensen zichzelf nóóit moeilijk vinden (het ligt altijd aan anderen), dus dan valt het hopelijk toch wel weer mee.

Naastenliefde

Het laatste hoofdstuk van dit boek gaat trouwens over de christelijke naastenliefde en hoe Jezus in de Bijbel met moeilijke mensen omgaat (die Judas bijvoorbeeld, was ook niet heel erg gemakkelijk in de omgang). Die hele bijbelse insteek kwam voor mij totaal uit de lucht vallen, maar is in de kerstperiode eigenlijk best toepasselijk.

Hoe dan ook, de verfrissende opbrengst na lezing van ‘Hoe overleef ik moeilijke mensen?’ is een inzicht: je hoeft je niet hulpeloos te voelen tegenover moeilijke mensen, je hoeft ze niet uit de weg te gaan, je kunt gewoon strategieën uitproberen om met ze om te gaan.

En de moeilijke mensen zelf? Misschien vinden die dat wel heel fijn. Want door ze niet steeds af te wijzen maar juist op een rustige maar standvastige manier met ze om te gaan, maak je het niet alleen jezelf gemakkelijker, maar de moeilijke mensen óók. Ze worden misschien wel een tikje minder moeilijk – niet alleen voor jou, maar ook voor zichzelf.

Naastenliefde. Je zegt het.

Meer weten?


Meer Happinez?

Over auteur
Huisfilosoof Anne Wesseling duikt elke twee weken haar boekenkast in en kijkt hoe de denkbeelden van grote meesters nog in te passen zijn in deze tijd.
Volgend artikel
Nooit meer moe: zo dicht je je energielekken
Nooit meer moe: zo dicht je je energielekken