Wat als je niet kunt kiezen? 5 tips

Fotografie Artikel: Lisette Thooft, uit Happinez 2011 - Vind je weg
Wat als je niet kunt kiezen? 5 tips Wat als je niet kunt kiezen? 5 tips Wat als je niet kunt kiezen? 5 tips

Je levenspad is geplaveid met keuzes – elke dag heb je ermee te maken. Hoe blijf je trouw aan jezelf in je keuzes? De juiste vragen stellen helpt!

Kiezen is moeilijk. We hebben ‘keuzestress’ tegenwoordig en in Amerika noemen ze het zelfs choice paralysis, keuzeverlamming. Er is zo veel vrijheid, er zijn zo veel mogelijkheden, dat we niet meer weten wat we moeten doen en verstijfd stilhouden.

Soms lijkt het op zich onbelangrijk maar twijfel je toch: ga ik naar die verjaardag of kies ik voor een avond rust? En ook over de grote levensvragen kun je aardig tobben. Wil ik kinderen of niet? En als ik nou voor het ene kies en het andere laat, krijg ik dan later geen spijt?

Het zijn allemaal vragen die voortkomen uit die grote vraag: wat voor iemand ben ik eigenlijk? Waar word ik het gelukkigst van? Met welke keuze blijf ik het meest trouw aan mijzelf?

Tip 1: Laat de angst los

Keuzestress komt niet alleen door overvloed en vrijheid, maar vooral door angst om het verkeerde te kiezen. We worden verlamd door het idee: als ik niet het juiste kies, dat wat precies bij mij en bij mijn leven past, dan krijg ik later spijt.

‘Kiezen is een kunst,’ zegt Geertje Couwenbergh, schrijfster van het boek ‘10WYS: de wysheidsrevolutie’. ‘Dat komt omdat je twee tegenovergestelde dingen tegelijk moet doen. Ten eerste: jezelf relativeren en beseffen hoe nietig je bent in het grote geheel, want dat haalt de lading van je keuze af, die vaak heftig is. En ten tweede: beseffen dat alles wat je doet, ontzettend belangrijk is.’

Volgens Geertje moeten we illusies doorprikken die ons van het kiezen afhouden. Zoals de illusie dat níet kiezen, een slag om de arm houden, een vorm van vrijheid is. En nog belangrijker: de illusie dat er Goede en Slechte keuzes zijn. ‘Ga maar na: van de meest spijtige of ‘slechte’ keuzes heb je vaak het meest geleerd.’

‘Bij keuzes gaat het niet over goed of fout,’ bevestigt ook biografisch consulente Monique Samwel. Biografiek, dat is ‘levensloopkunde’. Samwel helpt mensen te onderzoeken welke route hen het beste past. Zij zegt: ‘Angst is nooit een goede raadgever. Mocht het zo zijn dat je een enorm verlangen krijgt naar iets wat je hebt opgegeven, dan kun je erop vertrouwen dat zich weer nieuwe kansen aandienen, misschien in een iets andere vorm.’

Tip 2: Een kwestie van doen

Wat kiezen voor jezelf ook moeilijk maakt, is dat je geen egoïst wilt zijn. Maar je wilt wél trouw blijven aan jezelf en je niet laten leven door de anderen om je heen. Vaak heeft de angst voor een foute keuze daar vooral mee te maken.

Monique Samwel adviseert om niet in besluiteloosheid te blijven hangen. ‘Allereerst wil ik stellen: in het doen kom je erachter of je ergens enthousiast van wordt of niet. In de beweging, in de ontmoeting met de wereld.’ Ze wil maar zeggen: wees niet te bang om risico’s te nemen. Probeer niet alles van te voren helemaal uitgedacht te krijgen, want dat lukt toch niet.

Tip 3: Praat erover

Maar sommige keuzes moet je toch maken voordat je weet hoe het uitpakt in de praktijk. Een opleiding van jaren begin je niet met het idee: als ik het niet leuk vind, stop ik er gewoon weer mee. En dat geldt voor zoveel soorten keuzes: wil ik kinderen, solliciteer ik op deze baan, kopen we dit huis of niet? Dan gaat het erom jezelf te (laten) peilen. Vaak is het nuttig om met iemand anders te praten – een consulent, een goede vriend, een ouder.

Tip 4: Gebruik je intuïtie

Kies intuïtief, zeggen de psychologen tegenwoordig, gevoelsmatig. Maar hoe kom je bij dat intuïtieve diepere stuk van jezelf?

Daarvoor geldt in de allereerste plaats dat aloude advies: slaap er een nachtje over. Voor de grotere levensvragen: drie nachtjes. Stuur je vraag als het ware het universum in, vol vertrouwen, en wacht op het antwoord. Misschien krijg je wel een droom die het antwoord bevat. Of je wordt wakker met een plotseling inzicht. Of het antwoord plopt ineens in je op onder de douche, op de fiets, bij het koffiezetapparaat op je werk. Het kan ook zijn dat je oog op een tekst valt die er ineens uitspringt en je vertelt wat je moet doen.

Je kunt in plaats van een nachtje slapen natuurlijk ook iets heel anders doen, iets wat je gedachten van je keuze afhaalt. Ga sporten, ga uit, ontspan je, laat het probleem helemaal los. Vroeg of laat komt er uit die diepten van jezelf, of van het universum, een antwoord.

Tip 5: Blijf je trouw aan jezelf? Test het

In de antroposofie wordt uitgegaan van het vierledige mensbeeld: ieder mens heeft vier lagen, die je kunt zien als elkaar overlappende werelden. Een wat actievere manier om te onderzoeken of je echt trouw bent aan jezelf in elke keuze die je maakt, is door jezelf helemaal ‘mee te nemen’ in je keuze, door op elk niveau van je zijn de juiste vragen te stellen. Het uiteindelijke antwoord dat uit dit laagje-voor-laagje zelfonderzoek komt, zou dan in overeenstemming moeten zijn met je hele zelf.

Laag 1: lichaam
De fysieke werkelijkheid bestaat in de eerste plaats uit je eigen lichaam. Maar deze laag gaat ook over de ‘harde’ feiten, de realiteit, de concrete materiële werkelijkheid. Een opleiding duurt zoveel jaar, voor een zwangerschap moet je minstens een halfjaar verlof nemen, dat ene huis is veel duurder dan het andere… dat soort gegevens.

Vragen die je jezelf kunt stellen voor deze laag:

  • Hoeveel tijd kosten de verschillende mogelijkheden mij?
  • Hoeveel geld kosten ze?
  • Ben ik jong/oud/rijk (enzovoort) genoeg voor deze keuze? Of kom ik op dit gebied praktische problemen tegen?

Laag 2: ether
De tweede laag, de etherische laag, gaat over de vraag: waar krijg ik energie van, en waar loop ik op leeg? Dit is de wereld van de vitaliteit, de levenskrachten. Hier spelen zaken als gezondheid en ziekte, maar ook gewoonten en rituelen horen bij deze laag. Het klinkt wat ongrijpbaar, maar je kunt het concreter maken door jezelf de volgende vragen te stellen:

Kan ik het aan?

  • Krijg ik er energie van of put het me uit?
  • Past dit bij de manier waarop ik tot nu toe heb geleefd? En is dat de manier waarop ik wil blijven leven?

Laag 3: astraliteit
Ons gewone denken en ons gevoel spelen zich vooral in de astrale laag af. “Daar zit veel dualiteit,” zegt Samwel. “De hele goed/fout-kwestie bevindt zich op deze laag, en het oordeel dat je erover velt. Ook thema’s als macht en onmacht, of veiligheid en onveiligheid spelen hier.” Vragen op dit astrale niveau zijn bijvoorbeeld:

  • Hoe voelt deze keuze voor mij? Krijg ik er pijn in mijn buik van of vlinders?
  • Wat vind ik in mijzelf aan oordelen over deze keuze?
  • Voel ik me daar eigenlijk wel prettig bij? Horen ze wel bij mij?
  • Welke mensen zijn hierbij betrokken?
  • Zijn het medestanders of tegenstanders?
  • Hoe is mijn relatie met hen?

Laag 4: geest
In de antroposofie is het ik-niveau het rijk van de geest – het is de meest zuivere vorm waarin je bestaat. Daar ben je verbonden met de spirituele wereld. Samwel: “Dat is de meest individuele laag. Daar zitten de idealen en diepere motieven. In het ‘ik’ is geen angst.” Je kunt het ook je hogere zelf noemen, bijvoorbeeld. Het is die mysterieuze instantie diep binnenin je, die zich soms, vaak op onverwachte momenten, manifesteert als je iets plotseling heel zeker weet, zonder dat je weet waarom je dat zo zeker weet.

Hier gelden vragen als:

  • Wat zijn mijn idealen? Wat waren mijn idealen toen ik een kind was, wie waren mijn helden, mijn grote voorbeelden, en welke kwaliteit vertegenwoordigden die?
  • Heb ik weleens een rotsvaste zekerheid gevoeld: dit moet ik doen, al staat de wereld op zijn kop – en wanneer was dat, bij welke keuze?
  • Heb ik weleens het gevoel gehad: nu leef ik helemaal, honderd procent – en wanneer was dat?

Die vierde laag is wat Geertje Couwenbergh noemt: dat wezenlijke, diepe, ontembare zelf dat altijd gaat voor de dapperste keuze, voor beweging en liefde. “De belangrijkste vraag die je jezelf kunt stellen,” zegt ze, “is: brengt dit meer helderheid of meer verwarring? En als dat niet helpt, probeer dan deze: maakt dit mijn leven groter of kleiner, voelt het als een verruiming of een inperking van mijn zijn?”

Stel jezelf deze vragen, probeer ze te beantwoorden – en laat het los. Laat iets anders het werk doen. Wacht rustig af wat er komt. Als er niets komt, dan is de tijd misschien nog niet rijp voor een beslissing. Of moet je gewoon doen wat het meest voor de hand ligt…

Volgend artikel
Waarom je beter een naïeveling kunt zijn dan een realist
Waarom je beter een naïeveling kunt zijn dan een realist