Hier zijn de vijf mooiste levenslessen uit Ronja de Roversdochter

Hier zijn de vijf mooiste levenslessen uit Ronja de Roversdochter Hier zijn de vijf mooiste levenslessen uit Ronja de Roversdochter Hier zijn de vijf mooiste levenslessen uit Ronja de Roversdochter

Tijdens Ronja’s geboortenacht splijt een bliksemschicht de roversburcht in tweeën, en als onweerskind van een heksennacht blijkt Ronja de Roversdochter avontuurlijk aangelegd.

Ze dwaalt als een bosnimfje door haar queendom.

Als de roversbende van Borka echter het andere deel van haar vader’s burcht betrekt, wacht haar een verrassing… Dit zijn de mooiste levenslessen uit het stoere sprookje van Astrid Lindgren:

Niet bang zijn in het bos! (Angst is een slechte raadgever)

Ronja is als enige dochter van roverhoofdman Mattis en zijn vrouw Lovis opgegroeid in een burcht die door prachtige bossen wordt omringd. Maar op haar eerste dag in het bos wordt ze door aardmannetjes overvallen. Ze weet nog niet precies hoe ze met de magische wezens in het bos moet omgaan. “Als je bang bent, voelen ze dat op grote afstand. En dan worden ze pas gevaarlijk” zegt haar vader. Haar moeder beaamt: “Het is het beste als je niet bang bent in het bos van Mattis”.

Daarom komt Ronja haar angsten onder ogen. Ze klautert langs een steile bergwand omlaag, danst bij de waterval en springt over de Hellepoel, en algauw is Ronja lenig, sterk en nergens meer bang voor: “Niet voor aardmannen, niet voor verdwalen in het bos en niet voor verdrinken in de rivier”.

Vertrouwd met alle geheime paden en haar angsten onder controle, kan het bosbaden beginnen. Ronja houdt van het zachte mos onder haar voeten, de glinsterende takken aan de bomen en het geluid van de regen. Ze raakt gehecht aan het vertoeven in haar eigen groene wereld waarin het wemelt van het leven. Juist omdat ze geleerd heeft haar angsten te bedwingen, laten de magische wezens haar met rust, en kan ze als een bosnimfje opgaan in de schoonheid ervan. Zo wordt Ronja de roversdochter die in het bos rondholt.

Het mag duidelijk zijn: angst is een slechte raadgever. Wie dapper genoeg is om zich niet door zijn eigen angsten te laten gijzelen, ziet pas hoe wonderschoon de wereld is.

Uit onze daden blijkt wie we werkelijk zijn

Op een dag ontmoet Ronja bij de Hellepoel een jongen (Birk) en hoort dat er Borkarovers in haar vader’s burcht zijn getrokken. Ronja heeft thuis altijd te horen gekregen dat Borkarovers botteriken zijn, maar als Birk bijna de afgrond in verdwijnt redt ze toch maar zijn leven – om hem vervolgens tegen te komen in haar geliefde bos.

Hierop volgt een episode met een hoop gemengde gevoelens waarin Ronja zich afvraagt waarom de enige leeftijdsgenoot die ze tussen de vossen, de wilde paarden en de uilen tegenkomt net zo’n gemene Borkarover moet zijn (‘Ronja keek hem een beetje verlegen aan. Het was plotseling moeilijk echt het land aan hem te hebben’)

Maar het enige wat Birk herhaaldelijk doet is haar leven redden, zo blijkt wanneer ze ze op een mistige ochtend door de onderaardsen wordt geroepen en tijdens een ski-avontuur klem komt te zitten. Ronja raakt aan haar reddende engel gehecht (ze propt hem vol met extra brood en zijn haar kammen wordt een hobby) en beoordeelt Birk uiteindelijk niet op haar vader’s verhalen, maar op zijn daden. En vraagt of hij haar broer wil worden.

We hebben allemaal een grote broer nodig (om avonturen mee te beleven)

Vanaf dat moment maakt Birk haar leven compleet en genieten ze samen van het bos: ‘Ze stonden een tijdje zwijgend naast elkaar te luisteren naar het gekwetter, het gesuis, gezoem, gezang en gemurmel. In alle bomen, watertjes en struiken zat leven. Overal was het frisse, wilde lentelied te horen’.

Als hun vaders er lucht van krijgen dat ze bevriend zijn geraakt en de burcht te klein is, betrekken ze samen de Berengrot in het bos, waar ze in bomen klauteren, ruziën  en verse zalm eten tot het hun neus uitkomt. Dankzij Birk ontsnappen ze zelfs aan de wrede vogelheksen.

We hebben allemaal een grote broer nodig om truly daredevils te worden.

Papa was a rolling stone (familieperikelen horen zelfs bij de beste tribe)

Ronja’s vader is een warme en verzorgende man, maar ook een druktemaker die zo nodig op de vuist moet met Borkarovers. Bovendien staat haar roversfamilie bij de buitenwereld vooral bekend als de bende van ellende.

Ronja plaatst vraagtekens bij haar vaders politiek (‘Mattis keek haar met een zuur gezicht aan. Hij kon het niet verkroppen dat Ronja het niet met hem eens was’.) en wanneer Birk door hem gevangen wordt genomen, besluit ze tot iedereen’s verbazing naar de Borkavesting over te springen.

Nadien is haar vader diepbedroefd. Hij ligt nachten te woelen, niemand van de rovers durft nog te lachen en Lovis wordt gek van zijn klaagzangen. En ondanks haar leven met Birk (dancing in the moonlight) is Ronja ook stilletjes droevig.

Tot haar vader Ronja smeekt om terug naar huis te komen en Birk uitnodigt bij hen in te trekken, omdat hij begrijpt dat Ronja niet tussen hen kan kiezen. Vanaf dat moment zijn de rovers weer aan het zingen en dansen en brult haar vader van het lachen. Want hoewel ze hun conflicten hebben gehad, zijn ze stapelgek op elkaar en kunnen ze niet zonder elkaar. Zo zie je maar weer: familieperikelen horen zelfs bij de beste (of in dit geval: meest bad ass) tribe.

Samen sta je sterk

Als de strijd tegen de soldaten van de landvoogd intensiveert (die de Borkarovers al naar de burcht van Mattis hebben gedreven) wordt het roversleven bemoeilijkt. De soldaten zwermen nu in grote getale door het bos. Kale Per voelt dat het leven op zijn einde loopt maar heeft geen zin om Ronja in zo’n heikele situatie achter te laten en ontpopt zich tot strategisch adviseur. Hij dringt erop aan dat de clans zich verzoenen omdat een sterke roversbende misschien de kans heeft om van de landvoogd en zijn soldaten te winnen.

Na een afgesproken tweegevecht tussen Mattis en Borka verenigen ze hun krachten en is er nog maar één roversbende, die er eensgezind op uit is de soldaten in hun roversjacht te verslaan (Ronja: “Het lijkt mij veel slimmer om op te houden met roven”). Tijdens de feestelijke avond van verzoening halen de vaders gebroederlijk jeugdherinneringen en sappige verhalen over hun avonturen als Bonnie & Clyde op. En als het gelach van hun kinderen boven de rest van de rovers uitklinkt, voelen ze zich gelukkiger dan ooit.

Astrid Lindgren illustreerde zo dat het goed is om de strijdbijl te begraven, want samen sta je sterk.

Meer levenslessen uit klassiekers?

Lessen van de tovenaarsjongen: dit zijn de mooiste inzichten uit Harry Potter.

Over auteur
Hoewel Julia Maria Keers officieel drs. is in de Literatuurwetenschappen, leest ze in de praktijk vooral de gothic novels van de Brontë sisters en Daphne du Maurier (ze is zelf nogal een angsthaas). In haar vrije tijd dwaalt ze graag door weidse landschappen, uitgestrekte bossen of middeleeuwse kastelen. Verder houdt ze literaire vragenvuren en interviewt ze schrijvers over hun pas verschenen romans, omdat ze ervan houdt om je samen over het bestaan, de maatschappij en de groeipijnen van de menselijke geest te verwonderen.
Volgend artikel
Levenslessen van de Gilmore Girls
Levenslessen van de Gilmore Girls