Als je je hart niet kunt openstellen voor de liefde, is dat niet zomaar volgens schrijfster Hannah Cuppen. Ergens ben je geschaad en mogelijk bang geworden voor de liefde: om verlaten te worden of om je te binden. Hannah noemt het ‘liefdesbang’.
Val je vaak op iemand die al bezet is of om een andere reden niet geschikt is voor je? Of lopen je relaties steeds snel op de klippen, zonder dat je weet waarom? Beide scenario’s zijn een gevalletje ‘liefdesbang’. Dat betekent niet dat je hopeloos bent in de liefde, maar dat je ervaringen hebt opgedaan waardoor je jezelf wilt beschermen en je onbewust afsluit voor de liefde.
Liefde is jezelf openstellen, met de kans dat je gekwetst wordt. Als iemand je vertrouwen heeft beschaamd dan wil je koste wat het kost ervoor zorgen dat dit niet nog eens gebeurt. Het voornemen is: ik zet mijn hart op een kiertje, ik stel me nooit meer volledig open en bewaar liefde op een armlengte afstand. Dit lijkt een prima methode, maar uiteindelijk heb je – net als alle andere mensen – behoefte aan liefde en genegenheid. De methode blijkt toch minder goed te werken dan je aanvankelijk dacht; de gedachte aan iemand écht toelaten overspoelt je maar je kunt je eigen behoefte naar liefde niet ontkennen. Mensen met bindingsangst touwtrekken vaak tussen deze twee behoeftes. En uiteindelijk trekken ze vaak zelf aan het kortste eind.
Volgens het boek ‘Liefdesbang’ herkennen mensen met bindingsangst de volgende symptomen:
Aan de andere kant van de ‘liefdesbang-medaille’ staat verlatingsangst. Ook daarbij speelt de angst om gekwetst te worden een hoofdrol. Maar waar mensen met bindingsangst juist afstand houden, doen mensen met verlatingsangst er juist alles aan om hun geliefde zo dichtbij mogelijk te houden. Vaak werkt dit juist averechts in relaties. Door het vaak controlerende gedrag neemt de ander afstand, wat juist de verlatingsangst bevestigd.
Bindings- of verlatingsangst, het zijn beiden patronen. Ooit heb je dit beschermingsmechanisme bedacht en daar is niets mis mee, het werkt nu gewoon niet meer voor je. Het erkennen van je patronen is het begin. Daarna kun je je afvragen waarom je dit patroon hebt ontwikkelt. Waar komt het vandaan? Wat ben je tekort gekomen? Of je nu hulp inschakelt van een psycholoog, of zelf dieper gaat graven, één ding is een gegeven: de weg naar het helen van je hart is het liefhebben van jezelf, voordat je je aan iemand anders bindt.
Beide checklists in dit artikel zijn een fragment uit: Liefdesbang, uitgeverij Ankh-Hermes.