Ook altijd aan het uitstellen? Het is af te leren, echt waar

Ook altijd aan het uitstellen? Het is af te leren, echt waar Ook altijd aan het uitstellen? Het is af te leren, echt waar Ook altijd aan het uitstellen? Het is af te leren, echt waar

Eerst nog even stofzuigen, een boodschap doen en vier mailtjes beantwoorden, dán begin je echt met die vervelende klus waar je tegenop ziet. Herkenbaar? En word je er soms gek van? Het is heel verklaarbaar (en je kunt ermee stoppen, echt.)

De wereld bestaat uit twee soorten mensen: degenen die meteen aan een vervelende taak beginnen (want dan is het maar gebeurd), en degenen die het voor zich uit blijven schuiven totdat er geen ontsnappen meer aan is. Dat eerste klinkt heel verstandig, het tweede wat minder, dus waarom zou je ervoor kiezen?

Bang om fouten te maken

Uitstelgedrag kan voortkomen uit de angst om het verkeerd te doen. Die presentatie voor je werk, dat essay voor je studie, die ingewikkelde taart – er hangt iets van af, en dus wil je er een succes van maken. Maar wat als dat niet lukt? Je zit ermee in je maag, en dus leg je het project nog even weg – dan kan je het nog even niet fout doen.

Iets anders trekt

Een grote klus geeft voldoening wanneer-ie klaar is, maar dat duurt wel even. Daarentegen zijn er allerlei kleine taakjes die je snel kunt afmaken en dan metéén een tevreden gevoel geven (of gewoon veel leuker zijn om te doen). Veel mensen vinden het lastig om prioriteit te geven aan die voldoening in de toekomst, omdat dat andere veel meer binnen handbereik is. Een beetje zoals een rol koekjes in de kast ook meer trekt dan een zelfgemaakte groentesoep die eerst een paar uur moet trekken.

Redenen om niet meer uit te stellen

Uitstellen heeft een paar nadelen. Vaak is het lastig om die uitgestelde klus uit je hoofd te zetten – er blijft een zeurend stemmetje op de achtergrond klinken. Totdat je eraan begint heb je stress en voel je je misschien schuldig. Wacht je echt erg lang, dan is de kans groot dat je prestatie uiteindelijk ook minder goed is.

‘Ja maar, als ik eenmaal op gang ben, dan maak ik er wat moois van. Ik ben gewoon een deadlinewerker.’ Dat hoor je ook weleens mensen zeggen, en misschien geldt het ook voor jou. Als je je er, totdat je begint, goed bij voelt, is er natuurlijk niks aan de hand. Krijg je er in aanloop naar het ‘op gang komen’ wel stress van, dan kan het toch fijn zijn om te kijken of niet-meer-uitstellen beter voor je werkt.

Een paar tips:

Deel een grote klus op in kleintjes

De uitdrukking is niet voor niets: ‘er als een berg tegenopzien’. Niet omdat jij die berg bent, maar omdat het voelt alsof je voor een groot obstakel staat dat je op de een of andere manier moet zien te overwinnen. Hak dat obstakel op in stukjes: die zijn een stuk minder griezelig, dus ben je sneller gemotiveerd om te beginnen. (Het kan ook helpen om de grootte van de berg te relativeren: is het echt zo belangrijk? Hangt er echt zoveel vanaf? Maar de ene keer lukt dat beter dan de andere keer.)

Begin simpel

Een klein, eenvoudig taakje zorgt dat je in de stemming komt. Het werkt bemoedigend, want hé, dit heb je mooi al afgerond! Streep het af op je lijstje.

Ban afleiding uit

Maak het jezelf gemakkelijk(er) en kies voor een werkplek met minder prikkels. Ga in een aparte ruimte zitten, strijk neer in de (universiteits)bibliotheek of ontdoe je gebruikelijke werkplek van rommeltjes. Zet je telefoon een uurtje op de vliegtuigstand, installeer op je computer een app die je sociale media blokkeert… het zit ‘m soms in simpele trucjes.

Stel mini-deadlines en neem ze bloedserieus

Klinkt als een open deur van jewelste, maar dat is het niet. Voor uitstellers is een afspraak met jezelf vaak lang niet zo heilig als die met iemand anders. Stel deadlines voor onderdelen van de klus en doe alsof je die afspraak met je collega gemaakt hebt (desnoods betrek je die echt in het complot, zodat ze je om drie uur mailt of een deel van het project al klaar is!).

Bemoedig jezelf

Positieve mantra’s werken stukken beter dan negatieve. Vervang ‘ja hoor, gisteren was ik ook tot laat bezig en nu doe ik het alwéér’ door ‘ik doe m’n best en ik ben goed bezig’. Leg de nadruk op wat al gelukt is.

Streef naar een 7

Belemmert perfectionisme je, dan is de grote kunst om de lat wat lager te leggen. Streven naar een negen of een tien motiveert niet, het slaat je lam. Werk toe naar een zeven, dan zul je zien dat je eerder klaar bent. Ben je dan tóch nog niet tevreden, dan kun je er altijd nog een beetje aan sleutelen en naar een 7,5 of 8 toe werken – en echt, dat zijn prachtige cijfers.

Meer Happinez?

Over auteur
Freelance journalist Dorien Vrieling is een nuchtere Noorderling met een grote interesse in wat mensen beweegt. Ze schrijft graag over de hobbels die een mens op zijn weg kan tegenkomen, en hoe je daarmee om kunt gaan.
Volgend artikel
Mindful zelfcompassie: zo word je liever voor jezelf
Mindful zelfcompassie: zo word je liever voor jezelf